woensdag 6 februari 2019

Hoe komt de paardenkastanje aan zijn naam?

Paardenkastanje - Aesculus hippocastanum

Over het waarom van de naam Paardenkastanje gaan verschillende verhalen.

 In Turkije, waar de boom oorspronkelijk vandaan komt, zou men gekookte kastanjes aan de paarden gegeven hebben bij hoest of zouden de Turken hun drachtige merries de zetmeelrijke zaden gevoerd hebben. Ook voor geiten en varkens is de paardenkastanje eetbaar, maar voor mensen is ze giftig. Toch schreef  de negentiende-eeuwse kruidendokter  Aloysius ze voor: “Het poeder der kastanjes, in een linnen zakje op de hartkuil gedragen, is geprezen tegen krampen.”

Maar misschien heeft de naam ook te maken met het feit dat de plaats waar de bladsteel in de herfst loslaat (het bladlitteken), de vorm van een hoefijzertje heeft.

Het hoefijzervormig litteken waar vroeger een bladsteel aan de twijg vast zat is goed te zien.


De naam kastanje is gerelateerd aan de eetbare tamme kastanje, omdat de bolsters van beide soorten allebei stekels hebben en wat op elkaar lijken. Toch zijn deze bomen niet aan elkaar verwant.

Wetenschappelijke naam: Aesculus was de Latijnse naam van een eik met eetbare eikels.
De soortaanduiding hippocastanum betekent letterlijk paardenkastanje, van het Grieks hippos (paard) en hetLatijn castanea (kastanje), een woord dat is afgeleid van de naam Kastanaia, een stad in Klein-Aziƫ uit de klassieke oudheid.

In de winter komen details goed naar voren, zoals de schors. Bij de jonge boom is die nog glad, maar later ontstaan er talloos veel scheuren in. De stam is dan een en al schilfering van grote en kleinere stukken schors. Ook de kleine zijtakken, die aan alle kanten uit de boom te voorschijn komen, zie je het best bij de kale winterbomen. Zelfs de hoofdstam zit er vol mee.

De winterse boom laat ook nog een andere karakteristiek zien. De onderste takken maken een opvallende beweging: vanaf de hoofdstam buigen ze eerst in grote lussen naar beneden en golven daarna in een zwierig gebaar omhoog.

Als het voorjaar aanbreekt, toont de Paardenkastanje zijn misschien wel uitbundigste fase. De dikke, tegenover elkaar liggende knoppen zwellen op. Er omheen zitten nog de opvallend harde en in het voorjaar zeer kleverige schubben. Ze beschermen de ineen gevouwen bladeren en de bloemaanleg tegen vorst en verdamping.



In grote delen van Europa komt de paardenkastanjemineermot voor. Ook in Vlaanderen komen nu door de opwarming van de Aarde ernstige aantastingen voor, waardoor vroegtijdige bladval optreedt.


Geen opmerkingen: